Liefde overwint alles. Toch?
Ik ben een sucker for romance. Gelukkig ben ik getrouwd met iemand die dat niet erg vindt en me niet uitlacht als ik weer eens iets bedenk om een feestje-voor-twee te vieren. Waarschijnlijk is die voorliefde voor romantiek ook de reden dat ik altijd oprecht geloofde dat liefde alles overwint. Wan...
Ik ben een sucker for romance. Gelukkig ben ik getrouwd met iemand die dat niet erg vindt en me niet uitlacht als ik weer eens iets bedenk om een feestje-voor-twee te vieren. Waarschijnlijk is die voorliefde voor romantiek ook de reden dat ik altijd oprecht geloofde dat liefde alles overwint. Want als je écht van elkaar houdt, dan vecht je voor elkaar. Dan sta je er. Altijd.
Maar, ouder en wijzer, denk ik tegenwoordig ook weleens ‘lief, én naïef’ als ik iemand zo hoor praten. Mijn eigen naïviteit is grotendeels verdwenen. Want een relatie overleeft niet op liefde alleen. Het is ook investeren in elkaar. Om me heen heb ik relaties zien stranden tussen mensen die écht van elkaar hielden. Maar soms zijn er dingen, gebeuren er dingen, die je uit elkaar drijven, hoe hard je ook probeert elkaar vast te houden. Vaak gaat dat best lang goed. Als je allebei wilt dat een relatie werkt, heb je daar veel voor over.
Maar als er structureel iets niet goed zit, komt dat toch steeds weer terug. En ‘dat’, wat ‘dat’ ook moge zijn, gaat wringen en schuren. Dat ga je voelen, eerst een beetje, en dan steeds meer, tot het pijn doet. Dus praat je met elkaar, hou je elkaar vast. Vloeien er tranen die weggestreeld en weggezoend worden. Is het weer goed. Doe je leuke dingen samen. Lekker uit eten, naar de film, wandelen, vrijen.
Alleen, ‘dat’ is niet weg, niet echt. ‘Dat’ houdt zich even koest, ligt in de schaduw, en opeens, páf, is het er weer. Tot je het in alles voelt, bij allerlei gelegenheden, op allerlei manieren, al dan niet terecht. Gesprekken worden moeizamer. Soms wordt het niet eens meer uitgesproken. ‘Want alles is toch al 100 keer gezegd’.
Praten gaat over in vermijden. Doen alsof alles goed is. En vaak is dat ook heus zo. Maar niet helemaal. Niet tot in het puntje van je tenen. Omdat de één iets wil, nodig heeft, meemaakt, of juist niet, wat de ander wel wil/nodig heeft. En het moge duidelijk zijn dat dit om meer gaat dan een vakantie of een auto. Het gaat dan om wensen, verlangens, angsten die zo diep zitten dat de liefde het soms, helaas, niet wint….
En dan komt dat afschuwelijke moment waarvan je je allebei nooit kon voorstellen dat het ooit zou komen. Niét bij jullie. Maar je beseft dat het toch zo is. Jullie hebben ‘dat’ niet kunnen overwinnen, geen plekje kunnen geven en geen compromis kunnen sluiten. Je staat met je hart in je handen. In stukken. Kapot. Gebroken. Met betraande ogen kijk je elkaar aan. Zwijgend, terwijl er van binnen een orkaan woedt. Want hoe heeft dit kunnen gebeuren? Je wilt wel schreeuwen van verdriet, gooien met alles wat voor handen is, maar wat heeft het nog voor nut? Alles is gezegd, alles is geprobeerd. Het is niet gelukt...
Als ‘toeschouwer’ wil je zó graag helpen, maar het enige wat je kunt doen, is een luisterend oor bieden, een troostende schouder en een kop koffie/ goed glas wijn. Want hier moeten mensen zelf uitkomen, hun eigen pad volgen. Als vriend(-in) wandel je aan de zijkant mee. Gelukkig zie je hoe het vaak toch goedkomt met iedereen. Er komen nieuwe liefdes, nieuwe huizen, nieuwe banen. Na regen komt echt weer zonneschijn.
Hoe verdrietig gebeurtenissen soms ook zijn, te zien hoe mensen, op een andere manier, gebutst en gehavend, opnieuw gelukkig worden, maakt me blij. Het geeft me hoop en vertrouwen. Ik zeg niet dat iedereen na een poosje weer flierefluitend door het leven huppelt, maar de veerkracht van veel mensen vind ik bewonderenswaardig.
Lieve groet, Sylvia